050 - 3 123 123
De beste reisleiders laten u méér zien
De mooiste reisprogramma's
Veel tevreden reizigers
Al ruim 40 jaar betrouwbaar

Financiering van de renaissance

Door reisleidster Wendy | 07-11-2018

Een aantal jaar geleden bezocht ik de tentoonstelling ‘Denaro e Bellezza. I banchieri, Botticelli e il rogo delle vanità’ in Palazzo Strozzi (Florence). Al vanaf het begin wordt duidelijk waar het hier om gaat: ‘senza banchieri niente Rinascimento’, oftewel ‘zonder bankiers geen renaissance’.

Veiligstellen van de ziel

Echter, met veel geld alleen heb je nog geen renaissance. Dat er toen wat met de rijkdom van de bankiers werd gedaan komt, omdat het christendom zeer negatief stond tegenover winst maken. Bankiers werden lang met de nek aangekeken en probeerden hun eigen zielenheil veilig en de kerk tevreden te stellen. Hun winst investeerden de bankiers in het bouwen van kerken en het doneren van kostbaarheden. Kunstenaars zoals Botticelli, Ghirlandaio, Leonardo en Michelangelo profiteerden daarvan: zij kregen de kans zich volledig te ontplooien. Onder andere omstandigheden was hun dat nooit gelukt!

Opvallend is dat naarmate de tentoonstelling vordert, de negatieve manier waarop men naar deze bankiers keek steeds minder negatief wordt. In het begin worden ze afgebeeld als grijpgrage aasgieren die continue met hun geld bezig zijn. De latere afbeeldingen tonen dat bankier zijn gewoon een beroep is. Op een werk van Marinus van Reymerswaele zijn mooie mensen en een luxe geldbuidel te zien. Geld was toen dus niet meer iets om je neus voor op te halen, het verschafte je status.

De opstand en de weeldewet

De onderlinge strijd om sociale status, die ook de kerk niet ongemoeid liet, leidde in de ogen van sommigen tot excessen. Men kwam in opstand tegen de kardinalen en bisschoppen die, onder andere door middel van het verkopen van aflaten, niet alleen de collectezakjes van de kerk, maar ook hun eigen beurzen vulden. Er was dan een man, de monnik Girolamo Savonarola, die met zijn opzwepende preken veel aanhang kreeg. Hij ageerde tegen de overdaad in de gehele maatschappij en kreeg het voor elkaar (geholpen door de omstandigheden) om de rijkste en meest invloedrijke familie, de De’ Medici’s, de stad uit te krijgen. Er werd vervolgens een weeldewet ingevoerd waarbij luxe voorwerpen werden verboden. Opmerkelijk genoeg kregen bepaalde beroepsgroepen (ridders, juristen en doktoren en hun vrouwen) vrijstelling op deze weeldewet. Ook schilders hoefden geen terughoudendheid te betrachten bij het schilderen van Maria en heiligen: bladgoud en dure blauwe pigmenten waren toegestaan.

De fascinatie voor Savonarola was zó groot dat men in Florence zelfs accepteerde dat er de zogenaamde vreugdevuren der ijdelheden worden opgericht. Alles van waarde verdween in het vuur: boeken, kleding, sieraden, spiegels, schilderijen, werkelijk alles! Uiteindelijk maakte Savonarola het toch te bont en toen greep de paus definitief in. Savonarola wachtte hetzelfde lot als de vele kunstwerken, en de rust (en de De’ Medici’s) keerden weer terug in Florence.

Meer reisverhalen

SRC-reisleidster Wendy
Door te investeren in kerken en christelijke kunst probeerden bankiers, een zondig beroep, hun zielenheil veilig te stellen