Chopin: een handvol aarde uit Polen in Parijs
Als er één musicus is geweest die Polen diep in zijn hart heeft bewaard, dan is het wel Chopin. En dan te bedenken dat zijn vader van oorsprong Frans was. Polen bestond zelfs nog niet eens echt in zijn geboortejaar, 1810.
Zijn geliefde Polen
Fryderyk Franciszek Chopin werd geboren in een piepkleine dorpje, zo’n vijftig kilometer ten westen van Warschau, in een idyllisch landhuis, verscholen in een park. Dit dorpje lag in een door Napoleon opgerichte vazalstaat in de vorm van het hertogdom Warschau, maar na 1815 werd Polen gewoon weer verdeeld tussen Rusland, Oostenrijk en Pruisen.
De jonge Fryderyk had daar weinig last van en groeide gelukkig op. Hij maakte furore op de piano als wonderkind, en studeerde daarna zeer grondig piano en compositie. Daarna sloeg hij zijn vleugels uit beproefde zijn geluk in het buitenland. In 1829 had hij zijn eerste grote successen in Wenen. Daar hoorde hij in 1830 van de Poolse opstand tegen de Russische overheersers.
Chopin wilde terug naar Warschau, maar zijn vader bezwoer hem geen overhaaste beslissingen te nemen en aan zijn eigen carrière te denken. Dus bleef Chopin in Wenen en schreef er walsen, niet de vrolijke zoals Johann Strauss sr. en Joseph Lanner die maakten, maar sombere, vol bitterheid en heimwee. Toen hij in september 1831 vernam dat de opstand in zijn vaderland bloedig was neergeslagen, schreef hij in één ruk zijn beroemde ‘Revolutie-etude’.
Zijn vaderland vergat hij nooit
Teruggaan naar zijn geliefde Polen was onmogelijk. Dan maar de blik op Parijs richten, waar een bloeiend en mondain muziekleven was. De rest van zijn korte leven heeft Chopin in Parijs doorgebracht. Daar vergaarde hij roem als pianovirtuoos, vermaard om zijn duizelingwekkende, maar toch zo subtiele pianospel. Hij liet zich tot Fransman nationaliseren en ging voortaan als Frédéric François Chopin door het leven.
Maar in zijn muziek vergat hij zijn vaderland nooit. Want naast alle walsen, nocturnes en etudes componeerde hij talloze echt Poolse stukken, zoals polonaises, ‘mazurka’s’ en ‘krakowiaks’, allemaal gebaseerd op Poolse dansen. De polonaise was een statige dans in driekwartsmaat die door een groot aantal paren, opgesteld in twee rijen gedanst werd. De mazurka was een snelle dans, vol met ritmische en melodische sprongen, vooral geliefd in adellijke kringen. De krakowiak was een levendige dans, ooit ontstaan in de omgeving van Krakau. Chopin gebruikte deze dansen als basis voor talloze pianostukken, niet om op te dansen, maar om te spelen en naar te luisteren.
Chopin stierf in 1849, nog geen 40 jaar oud. Zijn graf is te vinden op die beroemde Parijse begraafplaats Père-Lachaise. Op zijn uitdrukkelijke verzoek werd zijn hart teruggebracht naar Warschau en daar bewaard. In zijn graf ging een handvol Poolse aarde mee, zodat hij symbolisch in vaderlandse grond zijn laatste rustplaats vond.
Volg ons